Harry Potter en de Steen der Wijzen
·
Hoofdstuk 1: Inleiding
Mijn boekkeuze voor dit leesverslag is Harry Potter en de
Steen der Wijzen uit de Harry Potter-serie, geschreven door J.K. Rowling. Nadat
ik alle films van Harry Potter had gezien, vond ik dat het ook nodig was om de
boeken te lezen. Eerst kwam het er de hele tijd niet van, maar ik dacht dat dit
leesverslag de perfecte gelegenheid was om toch eens een kijkje te nemen in de
tovenaarswereld. In mijn leesverslag vertel ik wat achtergrondinformatie over het boek, waar het boek nou
eigenlijk over gaat en ook maak ik twee verwerkingsopdrachten, een lange en een
korte.
·
Hoofdstuk 2: Zakelijke gegevens
De titel van mijn boek is dus Harry Potter en de Steen
der Wijzen. Het is het eerste deel van een zevendelige reeks en de auteur is de
wereldberoemde J.K. Rowling. Ze heeft ook andere boeken geschreven, maar de
Harry Potter-serie is veruit het meest bekend. Het behoort tot één van de meest verkochte boeken ter wereld. In totaal heeft het boek 232 bladzijdes.
Harry Potter en de Steen der Wijzen is vertaald uit het Engels naar het
Nederlands en heeft als Nederlandse uitgever De Harmonie. Deze uitgeverij is
gevestigd in Amsterdam en bracht de Nederlandse versie uit in 1998 (de Engelse
kwam uit in 1997).
·
Hoofdstuk 3: Samenvatting
Harry Potter is een tien
jaar oude wees die bij zijn tante, oom en neefje, de Duffelingen, woont. Zijn
ouders zijn omgekomen bij een auto-ongeluk, zo zeggen oom Herman en tante
Petunia, en het vreemde, bliksemvormige litteken op Harry’s voorhoofd is ook
aan dat ongeluk te wijten. Harry wordt slecht behandeld; hij draagt de veel te
wijde, oude kleren van zijn moddervette neefje Dirk, slaapt in de kast onder de
trap, wordt gepest en geslagen door Dirk en op alle andere mogelijke manieren
benadeeld.
Het boek begint echter tien jaar eerder, als oom Herman naar zijn werk gaat en allemaal vreemde dingen ziet; een kat zit voor zijn deur kaart te lezen, er vliegen voortdurend uilen over en in gewaden geklede mensen vormen groepjes op straat, totaal gelukkig lijkend over iets wat is gebeurd. Die nacht wordt Harry Potter, van een jaar oud, op de stoep gelegd bij de Duffelingen, door de oude, grijze Albus Perkamentus, een beroemde, wijze, machtige tovenaar, tevens het schoolhoofd van Zweinstein Hogeschool voor Hekserij en Hocus Pocus. Vlak voor Harry’s elfde verjaardag komt er een brief voor Harry. Deze wordt afgepakt door oom Herman en de Duffelingen doen daarna veel pogingen de brieven, die steeds vaker opnieuw gestuurd worden, te ontlopen. Uiteindelijk belanden ze bij een huisje midden op zee. Om middernacht valt opeens een halfreus met woest haar het hutje binnen, zijn naam is Rubeus Hagrid. Hagrid vertelt dat hij sleutelbewaarder is op Zweinstein, en dat Perkamentus hem persoonlijk heeft gestuurd om Harry de brief te bezorgen. Ook vertelt Hagrid dat Harry een tovenaar is, en niet zomaar eentje, Harry heeft toen hij één jaar oud was, een sterke, dodelijke vloek overleefd, tegen hem gebruikt door de machtigste tovenaar aller tijden; Voldemort. Voldemort heeft twaalf jaar lang geheerst in de tovenaarswereld en vermoordde alles en iedereen die tegen hem was, zelfs Dreuzels (mensen die niet kunnen toveren en meestal niets afweten van de tovenaarswereld). Toen Voldemort Harry probeerde te vermoorden, hield Harry er enkel een litteken aan over, en er gebeurde nog iets vreemders: Voldemort verdween. Niemand heeft hem sinds die nacht weer gezien. Omdat de Duffelingen alles vrezen wat niet past in hun perfecte beeld van de wereld, hadden zij een hekel aan Lily Potter, Petunia’s zus, en haar man, James Potter. En om diezelfde reden hadden ze besloten Harry niks te vertellen van de waarheid, die ze hadden gelezen in een brief van Perkamentus, en zich voorgenomen een ‘gewone’ jongen van Harry te maken. Hagrid neemt Harry mee naar de Wegisweg, waar zij alle schoolspullen kopen die Harry nodig heeft.
Aan het eind van de zomervakantie, na nog een paar vreselijke weken bij de Duffelingen, vertrekt Harry dan eindelijk naar Zweinstein, vanaf perron 9¾. In de trein ontmoet Harry Ron Wemel, een jongen met rood haar uit een groot, arm gezin. Ze worden goede vrienden met elkaar. Op Zweinstein zijn vier afdelingen, opgericht door vier heksen en tovenaars, enkele eeuwen geleden. De leerlingen op de afdelingen hebben dezelfde eigenschappen als de bijbehorende oprichter. Zo is er het trouwe, ijverige Huffelpuff, het slimme, wijze Ravenklauw, het ambitieuze, sluwe Zwadderich en het moedige, sterke Griffoendor. Harry en Ron worden ingedeeld bij die laatste afdeling, waar ook Rons broers zitten, en zijn de rest van hun schoolcarrière Griffoendors. Harry maakt een vijand uit Zwadderich; Draco Malfidus, een volbloed (heeft een tovenaarsvader en een tovenaarsmoeder) tovenaar uit een eeuwenoude tovenaarsfamilie die veel waarde hecht aan zuiver tovenaarsbloed. Ook heeft de leraar toverdranken, professor Severus Sneep, hoofd van Zwadderich, een hekel aan Harry, waarom is aanvankelijk niet duidelijk.
Er gebeuren vreemde dingen op Zweinstein, merken Ron en Harry en Hermelien, een meisje dat ze later ook als vriendin krijgen. Zo is er een verboden gang in de school, waarachter zich een enorme, driekoppige hond verschuilt. Ook gedraagt Sneep zich vreemd; hij sluipt door de school. Na het uithoren van Hagrid, en wat achtergrondinformatie uit de bibliotheek van Zweinstein (door Hermelien opgezocht), weten Harry, Ron en Hermelien dat de Steen der Wijzen op Zweinstein is verborgen. De steen is uitgevonden door een eeuwenoude vriend van Perkamentus, Nicolaas Flamel, en bezit twee begerenswaardige eigenschappen: met behulp van de steen kan goud en levenselixer gemaakt worden. Sneep is uit op de steen, weten Harry en Ron zeker, ondanks de twijfels van Hermelien en de tegenspraak van Hagrid. Sneep wil de steen hebben om hem aan Voldemort te geven. Hagrid, zelf ooit van Zweinstein getrapt om geheime redenen, vertelt dan, op een avond vlak voor het einde van het schooljaar, dat hij, in ruil voor een drakenei, dronken en onbewust aan een in mantel gehulde figuur heeft verteld hoe je langs de driekoppige hond kan komen. Harry beseft dat Sneep de in mantel gehulde figuur was en wil die avond zelf gaan proberen de steen te pakken te krijgen, vóórdat Sneep dat doet. Zeker als blijkt dat Perkamentus naar Londen is vertrokken, omdat hij een bericht heeft gekregen van het Ministerie van Toverkunst.
Samen met Ron en Hermelien komt Harry langs Pluisje (de driekoppige hond), langs de toverspreuken van een paar docenten in de kerkers onder Pluisje en in zijn eentje uiteindelijk langs de laatste toverspreuk. In de laatste kerker vindt hij een bijzondere spiegel, waardoor hij de Steen der Wijzen kan krijgen. Ook vindt hij Professor Krinkel, die twee gezichten blijkt te hebben. Zijn eigen gezicht aan de voorkant en die van Voldemort op zijn achterhoofd. Krinkel is de dienaar van Voldemort, niet Sneep. Sneep verdacht Krinkel er al van en probeerde hem van de Steen af te houden. In de spiegel ziet Harry hoe hij de Steen in zijn zak steekt, en op dat moment is de Steen ook in zijn werkelijke broekzak. Harry gaat in gevecht met Krinkel en zorgt ervoor dat de Steen niet in handen komt van Voldemort. Krinkel is gestorven na het gevecht, toen Voldemort zijn lichaam verliet. Voldemort is weer verdwenen. Harry ligt na het gevecht in een coma en als hij ontwaakt vertelt Perkamentus hem dat de Steen is vernietigd. Door de gebeurtenissen krijgt Griffoendor een hoop afdelingspunten en wordt schoolkampioen. Harry keert gelukkig terug naar de Duffelingen.
Het boek begint echter tien jaar eerder, als oom Herman naar zijn werk gaat en allemaal vreemde dingen ziet; een kat zit voor zijn deur kaart te lezen, er vliegen voortdurend uilen over en in gewaden geklede mensen vormen groepjes op straat, totaal gelukkig lijkend over iets wat is gebeurd. Die nacht wordt Harry Potter, van een jaar oud, op de stoep gelegd bij de Duffelingen, door de oude, grijze Albus Perkamentus, een beroemde, wijze, machtige tovenaar, tevens het schoolhoofd van Zweinstein Hogeschool voor Hekserij en Hocus Pocus. Vlak voor Harry’s elfde verjaardag komt er een brief voor Harry. Deze wordt afgepakt door oom Herman en de Duffelingen doen daarna veel pogingen de brieven, die steeds vaker opnieuw gestuurd worden, te ontlopen. Uiteindelijk belanden ze bij een huisje midden op zee. Om middernacht valt opeens een halfreus met woest haar het hutje binnen, zijn naam is Rubeus Hagrid. Hagrid vertelt dat hij sleutelbewaarder is op Zweinstein, en dat Perkamentus hem persoonlijk heeft gestuurd om Harry de brief te bezorgen. Ook vertelt Hagrid dat Harry een tovenaar is, en niet zomaar eentje, Harry heeft toen hij één jaar oud was, een sterke, dodelijke vloek overleefd, tegen hem gebruikt door de machtigste tovenaar aller tijden; Voldemort. Voldemort heeft twaalf jaar lang geheerst in de tovenaarswereld en vermoordde alles en iedereen die tegen hem was, zelfs Dreuzels (mensen die niet kunnen toveren en meestal niets afweten van de tovenaarswereld). Toen Voldemort Harry probeerde te vermoorden, hield Harry er enkel een litteken aan over, en er gebeurde nog iets vreemders: Voldemort verdween. Niemand heeft hem sinds die nacht weer gezien. Omdat de Duffelingen alles vrezen wat niet past in hun perfecte beeld van de wereld, hadden zij een hekel aan Lily Potter, Petunia’s zus, en haar man, James Potter. En om diezelfde reden hadden ze besloten Harry niks te vertellen van de waarheid, die ze hadden gelezen in een brief van Perkamentus, en zich voorgenomen een ‘gewone’ jongen van Harry te maken. Hagrid neemt Harry mee naar de Wegisweg, waar zij alle schoolspullen kopen die Harry nodig heeft.
Aan het eind van de zomervakantie, na nog een paar vreselijke weken bij de Duffelingen, vertrekt Harry dan eindelijk naar Zweinstein, vanaf perron 9¾. In de trein ontmoet Harry Ron Wemel, een jongen met rood haar uit een groot, arm gezin. Ze worden goede vrienden met elkaar. Op Zweinstein zijn vier afdelingen, opgericht door vier heksen en tovenaars, enkele eeuwen geleden. De leerlingen op de afdelingen hebben dezelfde eigenschappen als de bijbehorende oprichter. Zo is er het trouwe, ijverige Huffelpuff, het slimme, wijze Ravenklauw, het ambitieuze, sluwe Zwadderich en het moedige, sterke Griffoendor. Harry en Ron worden ingedeeld bij die laatste afdeling, waar ook Rons broers zitten, en zijn de rest van hun schoolcarrière Griffoendors. Harry maakt een vijand uit Zwadderich; Draco Malfidus, een volbloed (heeft een tovenaarsvader en een tovenaarsmoeder) tovenaar uit een eeuwenoude tovenaarsfamilie die veel waarde hecht aan zuiver tovenaarsbloed. Ook heeft de leraar toverdranken, professor Severus Sneep, hoofd van Zwadderich, een hekel aan Harry, waarom is aanvankelijk niet duidelijk.
Er gebeuren vreemde dingen op Zweinstein, merken Ron en Harry en Hermelien, een meisje dat ze later ook als vriendin krijgen. Zo is er een verboden gang in de school, waarachter zich een enorme, driekoppige hond verschuilt. Ook gedraagt Sneep zich vreemd; hij sluipt door de school. Na het uithoren van Hagrid, en wat achtergrondinformatie uit de bibliotheek van Zweinstein (door Hermelien opgezocht), weten Harry, Ron en Hermelien dat de Steen der Wijzen op Zweinstein is verborgen. De steen is uitgevonden door een eeuwenoude vriend van Perkamentus, Nicolaas Flamel, en bezit twee begerenswaardige eigenschappen: met behulp van de steen kan goud en levenselixer gemaakt worden. Sneep is uit op de steen, weten Harry en Ron zeker, ondanks de twijfels van Hermelien en de tegenspraak van Hagrid. Sneep wil de steen hebben om hem aan Voldemort te geven. Hagrid, zelf ooit van Zweinstein getrapt om geheime redenen, vertelt dan, op een avond vlak voor het einde van het schooljaar, dat hij, in ruil voor een drakenei, dronken en onbewust aan een in mantel gehulde figuur heeft verteld hoe je langs de driekoppige hond kan komen. Harry beseft dat Sneep de in mantel gehulde figuur was en wil die avond zelf gaan proberen de steen te pakken te krijgen, vóórdat Sneep dat doet. Zeker als blijkt dat Perkamentus naar Londen is vertrokken, omdat hij een bericht heeft gekregen van het Ministerie van Toverkunst.
Samen met Ron en Hermelien komt Harry langs Pluisje (de driekoppige hond), langs de toverspreuken van een paar docenten in de kerkers onder Pluisje en in zijn eentje uiteindelijk langs de laatste toverspreuk. In de laatste kerker vindt hij een bijzondere spiegel, waardoor hij de Steen der Wijzen kan krijgen. Ook vindt hij Professor Krinkel, die twee gezichten blijkt te hebben. Zijn eigen gezicht aan de voorkant en die van Voldemort op zijn achterhoofd. Krinkel is de dienaar van Voldemort, niet Sneep. Sneep verdacht Krinkel er al van en probeerde hem van de Steen af te houden. In de spiegel ziet Harry hoe hij de Steen in zijn zak steekt, en op dat moment is de Steen ook in zijn werkelijke broekzak. Harry gaat in gevecht met Krinkel en zorgt ervoor dat de Steen niet in handen komt van Voldemort. Krinkel is gestorven na het gevecht, toen Voldemort zijn lichaam verliet. Voldemort is weer verdwenen. Harry ligt na het gevecht in een coma en als hij ontwaakt vertelt Perkamentus hem dat de Steen is vernietigd. Door de gebeurtenissen krijgt Griffoendor een hoop afdelingspunten en wordt schoolkampioen. Harry keert gelukkig terug naar de Duffelingen.
·
Hoofdstuk 3: Mijn mening
Het verhaal is totaal onrealistisch. Een tovenaarswereld
is iets wat helemaal niet denkbaar voor ons is. Maar aan de andere kant: de
Dreuzels in Harry Potter weten niks af van het wereldje waarin Harry en zijn
vrienden zich bevinden. Dus misschien is er wel een tovenaarswereld? Nee hoor,
waarschijnlijk natuurlijk niet, maar toch kan je er altijd over blijven
fantaseren. Het boek is ook echt heel onvoorspelbaar. Op het ene moment denk je
zeker te weten dat een bepaald persoon de dader van iets is, terwijl een paar
hoofdstukken verder blijkt dat het om een totaal andere persoon gaat. Dit
gebeurt heel veel in Harry Potter: dat je denkt te weten hoe iets in elkaar
zit, maar er uiteindelijk toch achter komt dat jouw gedachten helemaal niet
kloppen. Het verhaal zelfs is heel erg origineel. J.K. Rowling was één van de
eersten (ik durf zelfs te zeggen de eerste) die een boek schreef over een
tovenaarswereld. Omdat het een onderwerp is wat totaal niet vaak voorkomt bij
boeken maakt het het verhaal automatisch interessant. Je weet niet hoe sommige
personen reageren in de tovenaarswereld, je weet niet hoe magie kan worden
toegepast en door de duidelijke beschrijvingen van J.K. Rowling kan je je echt
inleven in de hoofdpersonages. Ook probeert J.K. Rowling alles zo goed mogelijk
uit te leggen en daardoor is het makkelijk te begrijpen. Uiteindelijk vallen
alle puzzelstukjes samen in één verhaallijn, waarin duidelijk wordt wat er
bijvoorbeeld met Harry´s ouders gebeurt.
Het meest opvallende stuk uit het boek vind ik dit:
Er
was al iemand – maar niet Sneep. Het was zelfs Voldemort niet.
Het
was Krinkel. ´U!` bracht Harry moeizaam uit. Krinkel glimlachte. Al zijn
zenuwtrekken waren verdwenen. `Ik,` zei hij kalm. ´Ik vroeg me al af wanneer je
zou verschijnen, Potter.` ´Maar ik dacht – Sneep –` ´Severus?` Krinkel lachte;
niet zijn gebruikelijke, onzekere gehinnik maar een kille, scherpe lach. ´Ja,
Severus lijkt geknipt voor die rol hè? De ideale afleiding. Wie zou die arme
s-stotterende p-professor Krinkel verdenken terwijl Sneep rondscheert als een
reusachtige vleermuis?` Harry kon het niet geloven. Dat kon niet waar zijn, dat
was onmogelijk!
In dit stuk komt Harry erachter dat het niet professor
Sneep was die de Steen wilde stelen, maar professor Krinkel. Als je het boek
voor het eerst leest zie je dat totaal niet aankomen en ben je eigenlijk net zo
verbaasd als Harry is. Dat is ook de reden dat ik dit het opvallendste stuk
vond. Je had echt totaal anders verwacht en toch blijkt dat je er helemaal
naast zat met je gedachten. Dit bedoel ik dus ook met dat je denkt te weten hoe
iets in elkaar zit, maar er uiteindelijk toch achter komt dat jouw gedachten
helemaal niet kloppen. Dat is echt iets heel typisch wat vooral vaak voorkomt
bij de Harry Potter-boeken.
·
Hoofdstuk 4: Verwerkingsopdrachten
Korte
opdracht: Zoek bij het boek dat je gelezen hebt minimaal één recensie, artikel
of boekverslag. Vergelijk op enkele punten jouw ervaring en gedachten met die
van andere lezer(s). Wat zijn de verschillen en wat de overeenkomsten?
Recensie
van Marijana Zivanovic
Harry Potter en de Steen der Wijzen is het eerste van
zeven delen. Het is een boek vol avonturen die zo pakkend beschreven zijn dat
je blijft lezen. Het is niet moeilijk om te begrijpen waarom Harry doet wat hij
doet. Alles lijkt een relatie te hebben met de dood van zijn ouders en hij wil
dolgraag meer over zijn ouders te weten komen.
De manier waarop het verhaal wordt verteld is heel
beeldend. En bij ieder avontuur van Harry en zijn vrienden, kun je je bijna
voorstellen dat je zelf ook kunt toveren als zij. Dat maakt het boek erg boeiend.
De geheime nachtwandelingen die Harry, Hermelien en Ron
maken, staan eveneens boordevol spanning. Zo ook als zij ervan zijn de Steen
der Wijzen te moeten redden uit handen van één van de docenten.
Harry
luisterde. In de verte klonk een zacht geritsel en gerinkel.
‘Denk
je dat het een geest is?’ ‘Geen idee… het klinkt meer als vleugels.’
‘Verderop
brandt licht – ik zie iets bewegen.’
Aan
het einde van de gang zagen ze een felverlichte, hoge, gewelfde ruimte. Het
wemelde van de kleine vogels, flonkerend als juwelen, die door de kamer
fladderden en zigzagden. Aan de overkant zagen ze een zware houten deur.
‘Denk
je dat ze ons aanvallen als we de kamer oversteken?’ zei Ron.
‘Waarschijnlijk
wel,’ zei Harry. ‘Ze zien er niet erg gevaarlijk uit, maar als ze met z’n allen
op je neerduiken… Nou, er zit niets anders op… daar gaat ie.’
Bovendien gebeurt er na bijna ieder hoofdstuk wel iets
onverwachts en kun je om die reden ook al niet stoppen met lezen. Zo word je
gedurende het hele boek op het verkeerde been gezet over bepaalde personages en
blijkt pas aan het einde hoe het werkelijk zit en dat is verrassend.
Voor de ultieme ontspanning en een vlucht uit de
dagelijkse sleur is Harry Potter en de Steen der Wijzen een zeer geschikt boek.
Als je houdt van fantasieverhalen, tovenarij en hocus pocus dan is dit boek
zeker een aanrader.
Ik ben het eerlijk gezegd helemaal eens met deze
recensie. Alles wat ze zegt, klopt eigenlijk ook. De schrijfstijl van J.K.
Rowling is heel herkenbaar, en heel fijn om te lezen. Het lezen gaat redelijk
snel door hoe vlot ze het vertelt. In vrijwel ieder hoofdstuk gebeurt net als
je wil gaan stoppen met lezen wat spannends, waardoor je juist níet kan stoppen
met lezen. Je verplaatsen in de personages is zeker niet moeilijk, vrijwel alle
keuzes die gemaakt worden door bijvoorbeeld Harry, Ron of Hermelien, worden
gemaakt met een goede reden. Ook even opgaan in je eigen wereldje is niet
lastig bij dit boek. Soms lijkt het haast wel alsof jij zelf ook kan toveren.
J.K. Rowling schrijft zo duidelijk en beeldend dat je het zo voor je ziet en
dat maakt een verhaal veel levendiger.
Lange
opdracht: Laat twee hoofdpersonen met elkaar corresponderen. Schrijf minimaal
drie brieven (per brief ongeveer een half tot een heel A4)
Bij deze opdracht laat ik Harry en Ron brieven naar
elkaar sturen tijdens de zomervakantie.
Hoi Harry,
Hoe gaat het bij de DUFfelingen? Ik hoop dat ze niet te
streng voor je zijn. Mijn vader heeft weer een Dreuzelvoorwerp behekst! Dit
keer een mixer. Hij heeft ervoor gezorgd dat de mixer kan praten. Echt weer
iets voor pa. Je gaat trouwens nooit raden wat er is gebeurd! Ik vertel het
maar gewoon meteen: we hebben de Toverloterij gewonnen! Nu kan ik eindelijk een
nieuwe toverstok kopen. Ik neem aan dat je ons incidentje niet bent vergeten
waarbij mijn toverstok het nodig vond te breken. Niet echt handig. Maar
gelukkig kan ik nu dus een nieuwe kopen. Het is best saai hier, ook al is Percy
(je bent mijn brave broer niet vergeten toch?) Klassenoudste geworden. Hij is
nu een van de belangrijkste mensen van onze afdeling en geloof me, er is niet
één moment geweest waarbij hij het er niet over had, zo trots is ie. Volkomen
onnodig in mijn ogen, maar goed, wat doe je eraan? Wil je eigenlijk nog een
keertje komen logeren? Dat zou echt heel gezellig zijn! Laat maar weten of dat
gaat lukken en anders houden we het wel bij schrijven, dat is tenminste iets.
Goed, ik moet de brief nu af gaan sluiten, want ik hoor mijn moeder schreeuwen
dat we gaan eten. Oké, hopelijk schrijf je snel iets terug!
Groetjes van Ron
Beste Ron,
Alles gaat goed hier! Natuurlijk niet beter dan eerst,
maar goed, het kan ook erger. Dirk is nog steeds als de dood voor me. Hij denkt
dat ik hem ga omtoveren in een pad ofzo. Pure onzin natuurlijk, maar zolang ik
hem daarmee kan pesten hoor je mij niet klagen. Al mijn tovenaarsspullen staan
onder de trap, dus ik kan geen huiswerk maken. Misschien kan ik het slot kraken
en stiekem mijn spullen pakken. Ik mag natuurlijk niet toveren buiten school
dus dat zal een hele opgave worden, maar ik heb toch niks anders te doen.
Gisteren liet ik een glas vallen en toen heb ik een pak slaag gekregen van
tante Petunia. Wat een rotmens is het toch ook. Als haar kleine Dirkje iets
laat vallen kan hij er natuurlijk helemaal niks aan doen. *kuch kuch* Nou, in
ieder geval heb ik het wel lekker rustig hier. De Duffelingen ontwijken me het
liefst heel de dag en zelfs tijdens het eten keuren ze me geen blik waardig.
Heel erg vind ik het niet, ik was al wel een beetje klaar met dat eeuwige
gepest van Dirk. Hoe gaat het nou eigenlijk met jou? En Schurfie? Dat die oude
rat nou nog steeds niet dood is.. Grapje hoor, ik weet hoe gek je op hem bent.
Ik zou dolgraag nog een keertje komen logeren, maar ik denk niet dat het gaat
lukken. Ook al negeert oom Herman me de hele dag, ik heb toch het idee dat hij
me in de gaten houdt. Hij is vast bang dat mensen erachter komen dat ik ook besta.
Dat zou hun perfect imago natuurlijk schaden. Nou, ik sluit de brief hierbij
af, anders wordt het wel heel veel perkament voor mijn trouwe uil, hè Hedwig?
Ik hoop dat deze brief überhaupt gaat aankomen, maar als je dit leest, schrijf
gauw terug!
Groetjes van Harry
Hoi Harry,
Leuk om van je gehoord te hebben! Ik was al bang dat je
niet eens zou mogen schrijven vanuit die gevangenis die de Duffelingen thuis
noemen. Goed om te horen dat je Dirk bang kan maken. Ik heb hem natuurlijk nog
nooit ontmoet, maar als je over hem praat klinkt hij haast net zo erg als die
arrogante Draco Malfidus. Ik heb echt
een hele grote hekel aan hem. Heel irritant dat je niet bij je toverspullen
kan. Ik heb al een kijkje genomen in het boek Toverdranken en heb al gemerkt
dat het volgende schooljaar zeker niet makkelijker zal worden. Ik zal aan Fred
en George vragen of ze een manier weten waarop je dat ellendige slot open kan
krijgen. Mijn broers weten echt alles van dat soort dingen. Jammer dat je niet
kan komen logeren. Het zou echt heel gezellig geweest zijn. Ik snap het wel
hoor. Als zelfs een brief schrijven moeilijk is, dan zal logeren al helemaal
niet mogen. Gelukkig zien we elkaar snel weer als de vakantie is afgelopen. En
wat Schurfie betreft; het is maar een oude rat die de hele dag slaapt en geen
ene klap uitvoert. Het lijkt nu haast al alsof hij dood is. Maar je hebt wel
gelijk: hij is en blijft mijn rat en ik zou hem niet kwijt willen. Ik ga binnenkort op vakantie naar Egypte,
dankzij het geld dat we hebben gewonnen. Ik had nooit durven dromen naar zo´n
ver land te kunnen, we hadden er het geld gewoon niet voor. Gelukkig nu wel, ik
ben echt benieuwd wat voor spreuken de farao´s op hun piramides gebruikten. Het
zullen wel ingewikkelde beheksingen zijn, want ik geloof niet dat er heel veel
grafrovers in geslaagd zijn de schatten te stelen. Maar in ieder geval: ik ga
volgende week al weg, dus ik denk niet dat het handig is om nog terug te
schrijven. Ik ben in ieder geval blij dat ik een brief van je heb gekregen, ook
al is het er maar één. Nu ben ik er tenminste zeker van dat je niet dood bent.
Nou ja, ik hoop dat je het nog even uithoudt bij de Duffelingen en dan zie ik
je wel weer op school!
Groetjes van Ron
Bronvermelding:
- Handboek Nederlands
- Harry Potter en de Steen der Wijzen
Bronvermelding:
- Handboek Nederlands
- Harry Potter en de Steen der Wijzen
- scholieren.com (samenvatting)